Sarah De Grauwe - schrijfster
![](https://primary.jwwb.nl/public/v/r/k/temp-txbggkmddtebethvxglh/ag2gal/img_00a9f272751b-1-1.jpeg?enable-io=true&enable=upscale&crop=1015%2C1015%2Cx0%2Cy0%2Csafe&width=523&height=523)
![](https://primary.jwwb.nl/public/v/r/k/temp-txbggkmddtebethvxglh/ke6i7t/img_7ff1f8864dfd-1.jpeg?enable-io=true&enable=upscale&crop=1646%2C2046%2Cx0%2Cy1%2Csafe&width=523&height=650)
![](https://primary.jwwb.nl/public/v/r/k/temp-txbggkmddtebethvxglh/x1lcri/img_63f5274e1e37-1.jpeg?enable-io=true&enable=upscale&crop=1920%2C1920%2Cx0%2Cy0%2Csafe&width=523&height=523)
Voor het eerste artikel interview ik Sarah De Grauwe, schrijfster van proza, bitterzoete verhalen en satire. Verhalen met een lach en een traan , steeds met een kwinkslag!
- Wanneer ontbrandde de vlam van de creativiteit?
Waarschijnlijk in het jaar dat men mij het alfabet heeft aangeleerd. Leren schrijven en lezen was voor mij een magische ontdekking; alsof men mij de Steen der Wijzen had gegeven. Het opende deuren naar volledig nieuwe werelden waarin ik graag wegvluchtte. Op eenzame middagen maakte ik ‘boekjes’ met tekst en tekeningen die ik daarna in de buurt voor een paar frank verkocht. Bovendien zit het in mijn genen om me creatief te willen uitdrukken. Mijn moeder schreef poëzie, mijn vader zijn eigen songteksten die hij begeleidde op gitaar.
- Wat is het mooiste moment tijdens het creatieproces?
Ik schrijf vooral graag ’s morgens, wanneer de wereld nog niet al te veel van me verwacht en ik met een fris hoofd in het verhaal kan duiken. Ik ga in de sofa zitten en maak een comfortabel ‘nest’. En dan is er nog het plezier van het ‘verfijnen’. Ik vergelijk schrijven soms met beeldhouwen: je hebt een idee en je moet blijven doorwerken tot er iets staat wat aan dat idee voldoet. Soms ben je zelf verrast over het eindresultaat. Michelangelo zei: ‘Ik zag een engel in de steen en bleef kerven tot ik hem had vrijgelaten.’ Een betere vergelijking heb ik niet.
- Waar haal je inspiratie uit?
Uit de kleinste dingen; een duif in de dakgoot, de sproet op iemands neus, de stuifmeelkorrels aan de poten van een hommel of een beeldje op een vensterbank. De meest triviale zaken kunnen mij in een diepe staat van contemplatie brengen. Maar ik maak het allemaal niet te moeilijk. Een schrijver zoals ik moet zich niet te veel bezighouden met het microscopische of het planetaire. Daar heb je experten voor. Ik moet gewoon, naar mijn beste vermogen, de wereld rondom mij beschrijven. Daar komen de mooiste dingen uit.
- Wie zou je graag een ontmoeten om mee samen te werken?
Ik werk niet graag samen. Schrijven is wat mij betreft een uiterst solitaire bezigheid. Maar ik had wel graag eens met de Nederlandse schrijver Louis Couperus – die helaas lang dood is - op vakantie willen gaan. Een ‘grand tour’ langs zijn ‘blanke steden’? Om dan samen, in de schaduw van een grote dadelpalm, een reisverslag te bedenken.
- Wat is je mooiste zin?
“Zoveel van wie we zijn, en wie we moeten worden, krijgt vorm in die umbrale schijn.” Deze zin komt uit het gedicht “Umbra”. Het woord slaat op de donkerste vlek binnen een schaduw. Laatst las ik de novelle “In praise of shadows” van de Japanse schrijver Junichiro Tanizaki, waarin hij het belang van de duisternis in het dagelijkse leven benadrukt. Kort gezegd: we hebben de duisternis soms nodig om weer van het licht te kunnen genieten. Onze mooiste creaties komen vaak tot stand op onze eigen, duistere momenten.
- Waar ben je trots op?
Enkele weken geleden tekende ik mijn contract bij Uitgeverij Vrijdag. Een mijlpaal in mijn leven.
- Heb je een persoonlijk leefregel, of een inspirerende zin?
Ik heb er twee. Mijn grootmoeder had boven haar bed een porseleinen sierbord hangen met daarop een wandelend mannetje; de rug wat kromgebogen, het hoofd naar de grond, de handen in de zakken. Daarboven stond de zin: “Mens, tob niet. Het komt toch anders.” En zo is het ook. Wij worden voortdurend gestuurd door angsten die maar zelden waarheid worden. De andere ‘leefregel’ werd mij ooit ingefluisterd door een oud en wijs vrouwtje dat in haar leven al vele woelige watertjes doorzwommen had. “Kind,” zei ze, “aan uzelf zijt ge nooit gefopt.” Waarmee ze bedoelde dat onze nood aan de hulp of ondersteuning van anderen soms meer zuurs dan zoets oplevert. Eenzaamheid kan soms als een vloek voelen, maar kan ook echt een zege blijken.
- Hoe stijg je boven de wolken van de storm der perfectie uit.
Ik probeer de neiging tot perfectionisme te laten varen. Schrijven moet me verlichten, me ontwapenen, en mag me vooral niet frustreren. Ik wil er plezier aan beleven. Een aantal jaren geleden, toen ik in contact kwam met Oosterse filosofie, botste ik op een begrip uit de Oosterse esthetiek ‘wabi sabi’. Het slaat op het omarmen van de imperfectie, van het oude, het verweerde, het bezielde.
Een tekst is ook een goed tijdsdocument. Als ik dingen herlees van jaren terug en dan gniffelend denk “wat een rommel”, is dat alleen maar een goed teken. Het betekent dat ik als schrijver (en als mens) geëvolueerd ben.
- Wat is het meest memorabele moment van je schrijfperiode?
Ik had nog maar enkele weken mijn blog en er stonden dus nog maar een paar teksten op. Ineens kreeg ik bericht van Knack Magazine dat ik genomineerd was voor de “Best Personal Blog Award”. Ik had op dat moment maar vijf abonnees, dus hoe dat ooit is kunnen gebeuren, is me nog steeds een raadsel.
- Wat is de slechtste job die je ooit deed?
Ik heb ooit eens een paar maanden in een kinderdagverblijf gewerkt. Ik heb er maar één woord voor: ellendig.
- Welke drie songs zou je kiezen om je leven te beschrijven?
Ik was een erg eenzaam en melancholisch kind; enige dochter van ouders die vaak fysiek of mentaal afwezig waren. Op school legde ik maar moeilijk contact met andere kinderen en werd ik vaak gepest omwille van mijn onzekerheid. Lange tijd probeerde ik tevergeefs de liefde van anderen te winnen en verloochende daarbij mezelf. In ‘Mad world’ van Tears for Fears wordt dit gevoel schitterend bezongen. Op een gegeven moment heb ik echter beseft dat ik mijn ziel niet aan die gekke wereld hoefde te verkopen. Ik moest maar één ding doen: naar mijn natuur leven.
“You know I will never lose affection for the people and things that went before… but in my life I love you more.” Deze zin komt uit “In my life” van The Beatles en beschrijft het gevoel van zoete herinneringen over de dingen die onherroepelijk voorbij zijn maar die je wel verinnerlijkt en misschien zelfs verwerkt in je creaties. Ik denk hierbij spontaan aan mijn grootmoeder, over wie ik mijn eerste verhalenbundel schreef.
En tot slot mijn lijflied: “Bonfire” van Lamb. Maak het leven niet te ingewikkeld, blijf dicht bij jezelf, leef bewust en maak de vlam van de creativiteit tot een eeuwig brandend vreugdevuur.